de urgentie van verandering
Een veranderende wereld
We kunnen concluderen dat onze huidige economisch-menselijke gedrag een metacrisis aan het veroorzaken is.
Er is geen sprake van of een ecologische crisis, of een individuele crisis, of een economische crisis. Het is en, en, en, en.
De crises zijn verweven, beïnvloeden elkaar en tellen op.
Ze vormen een systeemcrisis. Sterker nog: ze vormen de basis van een existentiële crisis, een allesomvattende crisis, die ons werelbeeld en zelfbeeld doet instorten en ons totale levensbestaan ter discussie stelt.
Er zijn meta interventies nodig, ideologische interventies; andere manieren van kijken naar de wereld waarvan de economie onderdeel uitmaakt.
Centraal in deze transitie zijn mensen. Ieder individu staat voor mentale en ethische keuzen. Maar de complexiteit van de problematiek is groot en het zichtbare effect van individueel veranderd persoonlijk handelen is nauwelijks zichtbaar.
Meer dan ooit zijn we afhankelijk van de inventiviteit van mensen, en van technologische vooruitgang.
Meer dan ooit kan de rol van leiders medebepalend zijn om de noodzakelijke veranderingen te kunnen realiseren.
En meer dan ooit is het van belang dat leiders besturen vanuit de nieuwe inzichten en niet vanuit verouderde paradigma's.
Hoe kunnen we de noodzakelijke ontwikkeling versnellen?
Dat de energietransitie noodzakelijk is, dat gelooft inmiddels iedereen.
Maar hoe kunnen we een versnelling stimuleren?
Overheden kunnen bijvoorbeeld bepaalde ontwikkelingen subsidiëren, maar wat gebeurt er als die stimulans echt effect heeft?
De verwevenheid en samenhang van onze samenleving is dusdanig complex dat we ons niet altijd realiseren dat de maatregelen die we nemen zowel gewenste als minder gewenste effecten kunnen hebben.
Neem bijvoorbeeld het effect van het stimuleren van huishoudens om zonnepanelen te plaatsten. De populariteit van het investeren in deze vorm van energietransitie was mede verantwoordelijk voor een verhoogde druk op ons stroomnet, met als gevolg dat nu bedrijven moeten wachten op een aansluiting.
Was de congestie op het elektriciteitsnet te voorzien?
Waarom werd niet eerder geïnvesteerd in off-grid oplossingen?
In het heersende paradigma over stroomvoorziening stond de energievoorziening via een het Nederlandse elektriciteitsnet centraal.
Door alleen maar het plaatsen van zonnecellen te stimuleren kwam een circulaire oplossing (met lokale tijdelijke opslag) niet in beeld en met de salderingsregeling werd gekozen om het net extra te gaan belasten. De congestie op het net werd zo min of meer over ons afgeroepen.
Het is natuurlijk flauw om dat nu achteraf te constateren, maar waarom werd er niet vooraf nagedacht over de mogelijke consequenties van zo'n stimuleringsmaatregel?
We moeten tenminste constateren dat bij elke vernieuwing er mogelijk ook consequenties verwacht kunnen worden en dat daarbij het paradigma van altijd centraal geleverde elektriciteit misschien niet het paradigma van de toekomst is.
Pas een paar decennia geleden waren we op het paradigma van centrale elektriciteitsvoorziening overgestapt.
Daarvóór waren er vele lokale partijen (Gemeentelijke Energie Bedrijven) die energie opwekten en leverden.
Bij het clusteren van de lokale nutsbedrijven werd de distributie geprivatiseerd en zitten er nu commerciële marktpartijen tussen, van wie wij als burgers de energie afnemen.
Hoe komt het dat we ons niet realiseerden dat lokale energie-opslag een belangrijke component zal moeten zijn van de toekomstige energie huishouding?
Stimuleren is een middel, maar we moeten alert zijn op de consequenties door het grotere geheel en de onderlinge verbanden tussen verschillende activiteiten meer aandacht geven.
Innovatie in één deel van het systeem kan, op andere plekken, nieuwe uitdagingen introduceren, en zelfs de behoefte aan nieuwe innovatieve oplossingen aanjagen. Zoals bijvoorbeeld in de case hierboven, de noodzaak van een versnelde ontwikkeling van energie-opslagmogelijkheden. Dit soort uitdagingen zullen we ondervinden op vele fronten, bijvoorbeeld in de door de overheid aangewezen 9 topsectoren.